Jos ontzettend trots op WSK Euro Series titelwinnaar Max

Gepubliceerd op 01 juni 2013 door Niels Hendrix

Vader, begeleider en tuner van de motoren van Max. Het is een druk bestaan voor Jos Verstappen. Zijn aandeel in het succesverhaal van zijn zoon lijkt aanzienlijk, maar hij is de eerste om alle lof richting Max door te schuiven. Op Genk voelden we hem aan de tand.
"Super! Ik ben enorm trots op Max", aldus Jos over het winnen van de WSK Euro Series 2013. "Het was een zware race en een zwaar kampioenschap. Elk weekend kun je beschouwen als een nieuw wereldkampioenschap. Als je dan gedurende het jaar ziet hoe Max zich naar voren manoeuvreert en weet te winnen, is dat geweldig. Absoluut. Het seizoen nu al kunnen vieren met het kampioenschap in de WSK Euro Series, is gewoon top."

Ook voor Jos was het nog geen gelopen race: "Het blijft altijd spannend tot het moment dat de titel daadwerkelijk binnen is. Het is kartsport en er kan van alles gebeuren. Je moet op alles voorbereid zijn. Op Genk zit het KZ1-veld ontzettend dicht bij elkaar en dan moet je toch maar even proberen om het verschil te maken. Dat deed Max erg goed. In het begin wachtte Max zijn kans af en nadat hij voorbij Marco Ardigo was en aan de leiding ging, liep hij langzaam uit. Zeker in de laatste zes ronden zag je dat Max duidelijk sneller was. Dat hangt ook van de afstelling van de kart af, hoe wij het ook graag willen hebben. In de eerste ronden worden geen prijzen verdeeld, die worden pas na de finishvlag gewonnen. Je moet ervoor zorgen dat je juist dan nog snel bent. Dat is een teamprestatie, waar Max als rijder een belangrijk onderdeel van uitmaakt."

Ben je dan dubbel trots, zowel als vader als motorenbouwer? "Vooral als vader ben ik trots. Ik doe er alles aan om Max zo hard mogelijk te laten gaan. Motorisch ziet het er compleet en sterk uit. Vergeet ook niet dat Jorrit Pex met exact dezelfde motoren rijdt. Het is echt niet zo vanzelfsprekend wat Max laat zien. Iedereen heeft een fabriek achter zich staan, waar we het stuk voor stuk tegen moeten opboksen. Wij tunen de motoren zelf en dat ziet er heel goed uit."
Op de vraag waarom Max zo goed is, antwoordt Jos: "Max leert heel snel en gezien zijn leeftijd heeft hij zich al sterk ontwikkeld. Al vanaf jongs af aan heeft Max de juiste informatie gekregen. Al ga je maar een keer een dag testen, daar haal je altijd informatie uit. Hoe je achterblijvers inhaalt bijvoorbeeld. Je steekt er altijd iets van op. Je moet zoiets wel vertellen en uitleggen, maar dan leert Max enorm snel. Dat doet hij heel goed."

Als doorgewinterde coureur en nog altijd Nederlands meest succesvolle Formule 1 rijder ooit, heeft Jos een schat aan ervaring. Heeft Max het makkelijker dan jij, omdat jij de weg al kent?
"Van die kant bekeken wel. Maar van de andere kant is het materiaal in de kartsport tegenwoordig veel meer aan elkaar gewaagd. In mijn tijd waren de verschillen groter, nu zit het heel dicht op elkaar. Iedereen heeft het beste materiaal, iedereen kan winnen. Daarom vind ik het zo goed van Max, niet alleen als coureur en als talent, maar omdat hij zo compleet is. Hij weet een wedstrijd naar zijn hand te zetten. Ook als hij niet op pole positie staat, weet hij in de eerste kwalificatie serie naar voren te rijden. De tweede serie wint hij en dan heeft hij toch pole voor de finale. Hij is voor zijn leeftijd heel verstandig en volwassen." Meer volwassen dan jij was op die leeftijd? "Ik denk dat ik zelfs nu nog niet zo ben als Max. Hij denkt na over de omstandigheden en daar had ik altijd wel meer moeite mee", zegt Jos met een knipoog.

Hoe zie je de nabije toekomst voor Max? "We denken erover om Max nog een seizoen te laten karten. Hij is pas vijftien jaar en de overstap naar de autosport kun je nu eenmaal maar één keer maken. Er valt in de karting veel te leren, omdat je ontzettend veel races rijdt. We zouden volgend jaar dan wel minder wedstrijden willen rijden, maar zeker nog aan alle belangrijke meedoen. Daarnaast zou Max dan een seizoen testkilometers kunnen maken in de Formule Renault 2.0 als opstapklasse van de autosport, om zo te kunnen wennen. Dat zou ideaal zijn. Maar dat bekijken we nog en daar nemen we richting eind van het jaar een beslissing in."

Niels Hendrix