Tegenstellingen in Bahrein
Gepubliceerd op 01 april 2004 door Jo Vleugels
Sinds ettelijke dagen spreken de veiligheidsmensen in Bahrein steeds dezelfde zin uit: "we benadrukken dat alle veiligheidsmaatregelen door ons genomen zijn." Het is een zin die nodig blijkt te zijn in deze tijden, waar terroristen wereldwijd er niet voor terugschrikken op grote schaal onschuldige mensen te vermoorden.
De angst voor het terrorisme heeft ook de sport te pakken. Bij elke grootschalige gebeurtenis worden uitgebreide veiligheidsmaatregelen genomen. Dit weekend is het voor het eerst dat een Grand Prix van de Formule 1 in de Arabische wereld wordt gehouden. Sceptisch is men voornamelijk omdat Bahrein een islamitisch koningrijk is.
Koning Hamid bin Isa al-Khalifa schijnt aan Michael Schumacher een gepantserde limousine aangeboden te hebben, wat geweigerd werd. Ook kon elke coureur een persoonlijke lijfwacht krijgen. Afgelopen woensdag zei perschef Ghada al-Ansari tegen het Duits blad Tagesspiegel: "we hebben voor elke coureur lijfwachten klaar staan, die elk moment beschikbaar zijn. Tot op heden hebben wij er echter nog nauwelijks een aanvraag gekregen."
Zodoende kan men veronderstellen dat de angst voor terrorisme meer bij de buitenstaanders bestaat dan bij de Formule 1 organisatie zelf. Het ministerie van Binnenlandse Zaken doet er in ieder geval alles aan om de indruk van veiligheid te versterken: onze Nationale Garde heeft het hele circuit omringd. De soldaten zullen tijdens het hele raceweekend rond het circuit blijven. En natuurlijk vergeet al-Ansari er niet op te wijzen dat "onze veiligheidsagenten ondersteuning van militaire en geheimdiensten uit de hele wereld hebben gekregen."
In eerdere nieuwsberichten werd reeds gesproken over de alcoholvrije champagne en het ontbreken van pitpoezen. Hier spreken de tegenstellingen misschien het hardst. Het beeld van een Islamitische staat naar de buitenwereld blijkt anders te zijn dan het beeld dat andere Islamitische staten ervan hebben. Wat blijkt: Bahrein is al geruime tijd bekend als het uitgaanscentrum voor jonge mensen uit Saoedi-Arabië. Bekend ook wegens het vrij verkrijgen van alcohol en andere mogelijkheden die de moderne jeugd tegenwoordig aanspreekt. Elk weekend komen honderden jongeren over de 22 kilometer lange brug tussen Saoedi-Arabië en Bahrein. In de hoofdstad Manama bevolken ze de vele nachtclubs, waar de drank volop vloeit en schaars geklede danseressen optreden.
Dit is een belangrijke inkomensbron voor Bahrein. Alhoewel een olie- en gasstaatje, blijken de bronnen van dit goud der aarde sneller op te geraken dan men wil toegeven. Bahrein doet er dus alles aan om inkomsten uit meerdere bronnen te genereren. Toerisme is daar een mooi voorbeeld van. Het weekendtoerisme van de jongeren, maar ook het aantrekken van een Formule 1 race horen daarbij. In het zuiden van Bahrein worden hotels gebouwd voor een totale waarde van 12 miljard dollar.
Van de F1 bezoekers wordt dit weekend verwacht dat ze allemaal samen zo'n 74 miljoen dollar uitgeven. En Sjeik al-Khalifa wil vooral dat ze nog eens terugkomen voor een gewone vakantie.
Het Formule 1 circus wil er in ieder geval weer heen, zeker omdat de winstmogelijkheden in de Arabische wereld hoger schijnen te liggen dan in Europa. Veiligheidsvragen spelen dan een ondergeschikte rol. Zelfs de Engelsen, die van tevoren veel argumenten hadden om niet naar Bahrein te gaan, spraken hun tevredenheid uit over alle genomen maatregelen.
Niet Engelse teams, zoals Toyota en Sauber, werken in Bahrein net zo als overal elders in de wereld. De containers die uit het vliegtuig geladen worden moesten wat strenger gecontroleerd worden dan normaal, "maar dat ging best vlot" volgens Franz Tost, teamcoördinator van BMW-Williams. Hij voegde er echter wel aan toe: "we hebben onze mensen opgedragen, zoveel mogelijk in het hotel te blijven en niet op te vallen". Dat dan weer wel.
Jo Vleugels
